Een serie kleine abstracte vormen staat op een werktafel in het midden van de studio. Een groep studenten staat om de tafel en één voor één plaatsen zij hun werk in een grote maquette waar een stuk stad in te herkennen is. Er wordt aandachtig gekeken terwijl er steeds een nieuwe
...
Een serie kleine abstracte vormen staat op een werktafel in het midden van de studio. Een groep studenten staat om de tafel en één voor één plaatsen zij hun werk in een grote maquette waar een stuk stad in te herkennen is. Er wordt aandachtig gekeken terwijl er steeds een nieuwe vorm onderdeel van dat stuk stad wordt. Ieder volume wordt vervolgens nauwkeurig verschoven, gedraaid, omgekeerd, soms bijgesneden en uiteindelijk vervangen door een volgend volume. Een studente gaat op haar hurken zitten en kantelt de figuur die zij zojuist in het stadsmodel heeft neergezet. Ze kijkt naar het resultaat en benoemt hoe datzelfde volume nu verticaal georiënteerd is en refereert naar de toren van het oude raadshuis. Op een stuk schetsrol, tekent zij in een vlugge lijn een skyline van de stad waarin het volume en het raadhuis naar elkaar lijken te kijken. Weer iemand anders, constateert dat er een plein ontstaat door de toevoeging van dat nieuwe volume en hij schetst een gevel waarop de abstracte vorm een open plint krijgt met daarboven een dichte gevel met één groot raam dat uitzicht biedt over het plein en de stad. Al observerend, schetsend en snijdend komt het abstracte volume tot leven in de verbeelding van de
ontwerpers; het volume wordt in de verbeelding van de studenten, steeds directer herkenbaar als gebouw. Een gebouw dat in de toekomst, een betekenis zal hebben voor de stad, voor de passanten op het plein, de bezoekers van dat volume en de winkeliers rondom dat plein.@en